Doorgaan naar hoofdcontent

Week vier: overhaaste woorden en onbezonnen beloften

Overhaaste Woorden en Onbezonnen Beloften

Het is beter dat u niet belooft, dan dat u belooft maar niet nakomt. Sta uw mond niet toe, uw vlees te doen zondigen. Zeg ook niet in de tegenwoordigheid van de engel: dat was een vergissing. Waarom zou God zeer toornig worden om wat u zegt, en het werk van uw handen te gronde richten? (Prediker 5:4, 5)



Ik kan me nog een zondag herinneren, dat we een lied zongen in de kerk en dat toen het over was ik me niet eens meer kon herinneren welk lied het ook al weer was geweest. Ik deed op het oog wel mee maar mijn hart zat er niet in. In gedachten was ik druk met allerlei dingen zoals wat ik wilde gaan doen als we weer thuis waren. Hoe dan ook, ik was duidelijk niet bezig met God aanbidden. Het gevaar dat aanbidding een lege vorm wordt ligt altijd op de loer. En hoe vaak luisteren we wel niet naar een preek maar dringt geen enkel woord echt tot ons door? De stem van de spreker wiegt ons in slaap alsof de toespraak een slaapliedje is. De verzen van vandaag gaan over het aanbidden van God. Maar het gaat niet alleen over wat we op zondag in onze kerk of gemeente doen. Salomo waarschuwt ons om bewust en bezonnen te zijn in al onze aanbidding: zowel die in de gemeente, als individueel, maar ook onze woorden over God en onze beloften die we Hem doen. Bedenk dat aanbidding niets anders is dan waarde aan iets toekennen en voor een Christen moet het voorwerp van die waarde wel God zijn. We prijzen Hem om wie Hij is en voor wat Hij gedaan heeft. En we leven ons leven op zo'n manier dat we, in alles wat we doen, waarde toekennen aan God.

We moeten zorgvuldig zijn met onze woorden

Gods naam is heilig net als de dingen die Hij doet. Daarom moeten we oppassen dat we geen overhaaste en onbezonnen uitspraken doen over God (Prediker 5:2). Soms doen we dit nog wel eens wanneer we hard op bidden. We zijn dan meer bezorgd om hoe we over komen op de mensen om ons heen in plaats van dat we ons richten op het feit dat Gods troon naderen en spreken tot de Almachtige God. Ik moet toegeven dat als ik met anderen bid, ik mijn gebed van te voren wel eens in mijn hoofd doorneem en als het ware even oefen, in plaats van dat ik mee bidt met degene die op dat moment aan het woord is, alleen omdat ik niet over mijn woorden wil struikelen en gewoon soepel mijn gebed wil opzeggen.

Als u bidt, gebruik dan geen omhaal van woorden zoals de heidenen, want zij denken dat zij door de veelheid van hun woorden verhoord zullen worden. Word dan aan hen niet gelijk, want uw Vader weet wat u nodig hebt, voordat u tot Hem bidt. (MattheĆ¼s 6:7,8)

We moeten zorgvuldig zijn met onze beloften.

Heb je ooit in paniek wel eens een belofte gedaan God die je later zo weer was vergeten? Misschien zat je wel in een emotioneel hoogtepunt en deed je een onbezonnen belofte aan God? Ik ben er vrij zeker van dat ik dit ook wel eens gedaan heb. Ik weet ook vrij zeker dat ik wel eens iets heb beloofd wanneer ik angstig was, wanneer ik iets heel graag wilde hebben of wanneer de schuld van mijn zonde mij op mijn knieen deed vallen.

Beloften die voortkomen uit het moment vergeet je vaak en worden meestal niet gehouden.

Als we God, de Almachtige, iets beloven, dan moeten we snel die belofte vervullen. Het zou onze prioriteit moeten zijn om zonder smoesjes dat te doen wat we God beloofd hebben. We moeten ons woord houden. Sterker nog, Deuteronomium 23:21-23 zegt ons dat het breken van een belofte aan God zondig is en een dwaze minachting van God. Het is zelfs beter om helemaal geen belofte te doen dan een belofte te doen en die niet te houden.

Wat er over uw lippen komt, moet u houden en doen, net als wanneer u de HEERE, uw God, een vrijwillige gave beloofd hebt, iets wat u met uw eigen mond gesproken hebt. (Deuteronomium 23:23)

Maar er is altijd goed nieuws! Hoewel we meer eerbiedig moeten zijn in onze aanbidding, zowel binnen als buiten de gemeente, en dan met name in onze woorden en beloften, mogen we horen bij een God vol gevende genade. Christus is gestraft voor al onze gebroken beloften, en onze lei is helemaal schoongeveegd. Daardoor hebben we elke morgen, als we weer opstaan en aan een nieuwe dag beginnen, een nieuwe mogelijkheid om God te verheerlijken met onze woorden en hebben we de gelegenheid om Hem te aanbidden op een manier die past bij iemand die almachtig en heilig is.

Ziende op Jezus,Jen


Reacties