De zomer na mijn eerste jaar aan de universiteit werkte ik bij Young Life kamp in de bergen van Colorado. De frisse berglucht was als helende balsem voor mijn gekwetste ziel. Ik had al jaren last van een eetstoornis en ik kon mezelf er niet toe zetten om te stoppen met de dingen waarmee ik zo ontzettend graag wilde ophouden.
Op een morgen ging ik hardlopen en ik stond perplex door het prachtige landschap dat voor me lag en ik stopte om God te prijzen voor Zijn geweldige schepping. Ik dankte voor de bergen in de verte die bedekt waren met sneeuw, voor het prachtige veld vol wilde bloemen dat zich voor me uitstrekte, voor de helderblauwe lucht. Toen ik Hem aan het prijzen was, opende God mijn ogen voor iets wat ik over het hoofd had gezien: ik zou deze prachtige schepping nooit bekritiseren, maar ik bekritiseerde de schepping die ik in de spiegel zag maar al te makkelijk. Ik zou Hem nooit zeggen dat de bloem die Hij geschapen had de verkeerde kleur had, of dat Hij de bergen te hoog of te groot had gemaakt. Maar als ik naar mezelf keek, zal ik alleen maar fouten.
Hoe kon dat? Hoe zou ik de meesterlijke creatie van de bergen kunnen bekritiseren en Zijn creatie van mij kunnen afwijzen, terwijl ik werkelijk geschapen ben door de Grootste Kunstenaar die in staat is om een meesterwerk te maken (Efeze 2:10). Meer dan dat, met veel meer zorg dan voor de bloemen en de lucht die ik bewonderde heeft Hij me geschapen. Hij heeft me geweven (Psalm 139:13 en 14) en Hij heeft me naar ZIJN BEELD geschapen (Genesis 1:27). Hoe kon ik nou naar het veld kijken en Hem ervoor prijzen en in de spiegel kijken en dat niet doen?
God liet me zien dat ik mijn schoonheid bepaalde aan de hand van de maatstaven die in onze cultuur golden, maar dat is een pad van gebondenheid en pijn, omdat het schoonheidsideaal continu verandert. Wist je dat rond 1900 het ideale lichaamstype een smalle taille in combinatie met grote borsten was? Daarom droegen vrouwen korsetten en lieten ze ribben verwijderen, zodat hun taille kon worden omvat door mannenhanden. In de jaren '20 van de vorige eeuw was het ideale lichaamstype anders: mager als een lat, kleine borsten, zwartgemaakte ogen (met houtskool) en het haar in de krul. In de jaren '80 draaide het om fit zijn, spandex sportoutfits en Jane Fonda en het ideale lichaamstype werd strak en gespierd. 'Ideale schoonheid' verandert continu: een geprononceerde rug, enorm lange wimpers, dikke wenkbrauwen in plaats van die super dunne van tien jaar geleden. We kunnen onze hoop op schoonheid niet laten afhangen van onze cultuur, want die is zo veranderlijk.
We moeten luisteren naar de God die ons heeft geschapen als het gaat om was mooi is.
De cultuur stelt: Je moet de juiste kleding hebben en je make-up moet perfect zijn.
God zegt: Jouw schoonheid zit niet van buiten, zoals je kapsel of je sieraden of je kleding. Het gaat om je innerlijk, de nooit verwelkende schoonheid van een zachtmoedige en stille geest en dat is van grote waarde in Gods ogen (1 Petrus 3:3-4).
De cultuur stelt: Je uiterlijke schoonheid is het allerbelangrijkst.
God zegt: Bevalligheid is bedrieglijk en schoonheid vergankelijk, een vrouw die de HEERE vreest, die zal geprezen worden (Spreuken 31:30).
De cultuur stelt: Je moet een platte buik hebben en strakke armen.
God zegt: Want de oefening van het lichaam is van weinig nut, maar de godsvrucht is nuttig voor alle dingen, omdat zij de belofte van het tegenwoordige en van het toekomende leven heeft (1 Timotheüs 4:8).
Schoonheidsidealen veranderen, maar Gods woord blijft altijd hetzelfde. We moeten onze ideeën over schoonheid van onze Maker krijgen en niet van onze cultuur. Als we dat doen, vinden we rust en vrijheid en dan zijn we in staat om Zijn pracht te laten zien door de lichamen die Hij heeft geschapen tot Zijn eer. Laten we onthouden dat we een meesterwerk zijn en dat we mooi zijn omdat onze Schepper alleen maar mooie dingen maakt. Streef het na om te groeien in blijvende schoonheid.
Kate
Reacties
Een reactie posten