“Wat is Gods
wil voor mijn leven?” Die vraag heb ik mij keer op keer gesteld, vooral toen ik
jonger was en liep te bedenken naar welke hogeschool ik zou gaan, wat voor werk
ik zou willen gaan doen, met wie ik zou trouwen en waar ik zou gaan wonen. En
eerlijk gezegd, af en toe vraag ik nog wel eens aan God: “Is dit nog steeds wat
U met mijn leven van plan bent?”
Ik denk dat
wij, zolang wij leven, dat op één of
andere manier blijven vragen. We hebben behoefte aan bevestiging dat we willen weten of we op het
goede spoor zitten. We zouden het liefst willen dat een stem hoorbaar tegen ons
zegt: “Ja, Angela, ga naar die hogeschool. Ja, ga studeren voor die graad. Ja,
trouw maar met hem.”
En hoewel
God ons misschien geen precieze antwoorden geeft op die vragen, heeft Hij toch duidelijk zwart op wit meegedeeld wat Zijn wil is voor ons leven.
In Micha 6:8
zien wij wat Zijn wil is.
Hij heeft u, mens, bekendgemaakt wat
goed is
en wat de HEERE van u vraagt:
niets anders dan recht te doen,
goedertierenheid lief te hebben
en ootmoedig te wandelen met uw God.
Ik vind het
interessant dat bovenaan onze to-dolijst staat: recht doen. God wil dat wij
gerechtigheid nastreven voor diegenen die dat voor zichzelf niet kunnen. Onze God heeft een hart dat uitgaat naar vaderloze
kinderen en weduwen. Ook ons hart zou naar hen moeten uitgaan. Wat Zijn hart
breekt, zou ook onze harten moeten breken. Wij, die naar Zijn Naam genoemd
worden, zouden moeten opkomen voor hen die dat voor zichzelf niet kunnen. Voor
de machtelozen. Voor de armen. Voor de verworpenen en de verdrukten.
Nog een
eigenschap van ons als gelovigen zou moeten zijn: het liefhebben van
goedertierenheid. Die extra mijl meegaan, het goede zien in de ander.
Overvloeien van liefde voor anderen omdat die liefde niet uit onszelf
voortkomt, maar uit God. Wij hebben lief, omdat Hij liefheeft. Wij zijn
vriendelijk omdat God vriendelijk is. In onze omgang met anderen weerspiegelen
wij onze Vader.
Onze Vader weerspiegelt in ons. Wij zijn ootmoedig en nederig, omdat Jezus nederig was. Als we bedenken dat al het goede in ons leven
van Hem komt en niet van onszelf… dan zal niet trots, maar dankbaarheid voor
die zegeningen ons kenmerken. En doordat we dankbaar zijn voor wat Christus
voor ons heeft gedaan, willen we graag anderen helpen, zodat ook zij gaan zien
welke hoop Christus hun biedt.
Dus is Gods
wil voor het leven van elk van ons dat wij oog hebben voor het feit dat God
verdrukking haat, en dat Hij wil dat Zijn kinderen aan de slag gaan om in de
wereld een verschil te maken. Onze redding dient een groter doel dan alleen
onszelf. Er is een groter verhaal, Gods verhaal, en Hij wil dat wij daaraan
deelnemen. Hij wil dat wij een vitale rol spelen in het bevrijden van ”gevangenen”.
Dat kan betekenen dat wij meehelpen om een eind te maken aan die al maar
groeiende slavernij van de seksindustrie. Of dat we meehelpen aan een eerlijker
verdeling van arbeid, zodat ook mensen die een tweede kans verdienen aan de slag
kunnen. Of dat we gaan voor het redden van kostbare levens van ongeboren kinderen.
Maar ook kan het betekenen dat wij binnen ons gezin Gods liefdevolle handen
zijn, vol van genade, vergeving en barmhartigheid.
Gods wil
voor ieders leven is dat wij de boodschap van Micha 6:8 waarmaken in ons
leven; dus laten wij opstaan en het verschil maken dat God van ons vraagt..
Moge het bij
ons beginnen…
Heb God
hartelijk lief!
Uitdaging week 4: Welke stappen kan jij deze week zetten om Micha 6:8 te gaan waarmaken? Is er ergens in jouw leven onrecht aanwezig? God strijdt voor de verdrukten en dat behoren ook wij te doen.
Weekvers week 4:
Leesplan week 4:
Reacties
Een reactie posten