Doorgaan naar hoofdcontent

Het brood des levens




Toen Jezus beweerde het brood des levens te zijn, schokte dit Zijn toehoorders. Veel discipelen verlieten Hem nadat Hij deze bewering had gedaan. Om ten volle te kunnen begrijpen wat Jezus bedoelde toen Hij zei 'Ik ben het brood des levens' gaan we wat dieper in op de gebeurtenissen zoals ze staan opgetekend in Johannes 6.

Het Evangelie van Johannes beschrijft zeven gebeurtenissen waarin Jezus zegt: 'Ik ben'. Elk van deze statements laat zien hoe Hij de beloofde Messias was, de Zoon van God. 'Ik ben het brood des levens' is de eerste van deze Messiaanse claims.

Voordat Hij deze bewering deed, had Jezus zeven wonderen gedaan en mensen begonnen Hem in grote getale te volgen. Rond de tijd van het Paasfeest onderwees Jezus een grote menigte. Toen de avond viel, stelden Zijn discipelen voor om de mensen weg te sturen om voedsel te gaan zoeken. In plaats daarvan veranderde Jezus vijf broden en twee vissen in een maaltijd voor meer dan vijfduizend mensen.

De volgende ochtend probeerde de menigte Jezus weer te vinden. Toen ze dat uiteindelijk gelukt was, legde Hij hen uit dat zij niet gekomen waren om Hem te zoeken, omdat ze Zijn teken hadden gezien en begrepen, maar dat ze in plaats daarvan op zoek waren naar gratis eten. Toen begon Hij ze uit te leggen dat wat ze echt nodig hadden niet nog een maaltijd was, maar in plaats daarvan voedsel dat hen eeuwig leven zou geven. De mensen dachten dat Jezus ze fysiek voedsel zou geven dat nooit zou vergaan.

Ze vroegen Jezus of Hij van plan was om ze brood te eten te geven, net zoals Mozes de Israëlieten manna had gegeven in de wildernis. Jezus legde uit dat Hij het brood des levens is, de voorziening die zij zoeken, en dat door in Hem te geloven dat zij eeuwig leven zouden hebben. Nog steeds in de war vroeg de menigte - waarvan we nu zien dat deze bestond uit Joden die tegen Jezus waren - zich af hoe Jezus zulke beweringen kon doen.

Jezus antwoordt en zegt: 'Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Wie in Mij gelooft, heeft eeuwig leven. Ik ben het Brood des levens. Uw vaderen hebben het manna gegeten in de woestijn en zij zijn gestorven. Dit is het brood da tuit de hemel neerdaalt, opdat de mens daarvan eet en niet sterft. Ik ben het levende brood, dat uit de hemel neergedaald is; als iemand van dit brood eet, zal hij leven in eeuwigheid. En het brood dat Ik geven zal, is Mijn vlees, dat Ik geven zal voor het leven van de wereld.' (Johannes 6:47-51)

Terwijl de Joden zich opmaakten voor het Paasfeest, gebruikte Jezus het beeld dat recht voor hun neus stond om Zijn goddelijkheid te tonen. Terwijl zij zich klaarmaakten om te gedenken hoe God in het verleden voor hun voorouders had gezorgd, liet Jezus hun voorziening zien voor in de toekomst: Hijzelf.

Toen de Israëlieten dwaalden in de woestijn was er niets te eten voor ze. En toch, in Zijn grote genade, gaf God manna. Hij gaf ze geen overvloed aan manna; Hij gaf ze enkel wat de mensen nodig hadden om elke dag door te komen. Jezus legde uit dat Hij de voorziening was voor het leven, het ware en betere manna.

Deze week bestuderen we wat het inhoudt om hongerig en dorstig te zijn naar rechtvaardigheid. We kunnen daarbij naar Jezus kijken. Jezus is de belichaming van rechtvaardigheid; Hij alleen was rechtvaardig voor God. Terwijl we verlangen naar rechtvaardigheid, verlangen we naar Hem. Hij is het brood des levens. Door waarlijk te rusten in Zijn aanwezigheid, gelovend dat Hij het enige is dat we nodig hebben, kunnen we rust vinden. We kunnen elke dag in Hem rusten, gelovend dat alleen Hij is wat wij nodig hebben.

Wanneer we hongerig zijn en dorstig zijn naar rechtvaardigheid, dan zijn we hongerig en dorstig naar Jezus - het brood des levens. Door Hem te zoeken in gebed vinden we voeding. Door Zijn woord te lezen vinden we rust voor onze ziel en vrede in onze gedachten. Hij is de voorziening die we elke dag nodig hebben, en Hij belooft om naar elke van onze behoeftes om te zien.

Een vriend van mij zei ooit: "Ik hou er niet van om op God te wachten om me elke dag manna te geven. Ik heb mijne liever in de vriezer." Ik ben hetzelfde. Ik wil graag weten dat ik genoeg genade over heb om de dag door te komen, de week, of de maand. Dat geeft niet echt veel ruimte voor mijn geloof om te groeien, laat staan dat het ruimte geeft aan God om mijn verwachtingen te overtreffen.

Hij is het brood des levens. Wanneer we van Hem eten, komen we niets tekort. Laten we Zijn rechtvaardigheid samen zoeken. Wanneer we ons naar Hem keren, vindt ons hart vrede en vinden wij rust. Wanneer wij geloven dat Hij alles is wat we nodig hebben, dan kunnen we de voorziening accepteren die Hij ons gegeven heeft: Zichzelf. Hij is genoeg. Hij is alles wat we nodig hebben. Hoe meer we Hem kennen, hoe meer we zullen hongeren en dorsten naar meer van Hem.


Melissa

Reacties

  1. Zo is het met hem die voor zichzelf schatten verzamelt en niet rijk is in God. En Hij zei tegen Zijn discipelen: Daarom zeg Ik u: Wees niet bezorgd over uw leven: over wat u eten zult, of over uw lichaam: waarmee u zich kleden zult.
    Lukas 12:21‭-‬22 HSV

    Wat ben ik als mens geneigd om alles zelf te willen regelen... Maar ik wil volkomen tevreden zijn met het manna voor vandaag: kracht en hulp op het juiste moment. Overgave aan God.

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten